Steun nodig in je klas? Reserveer een collega!

Denk je bij ‘onderwijsassistent’ aan een hulpje dat je papierwerk overneemt? Niet in OLVC Campus Centrum. De directeur kreeg er 6 leraren warm om deels onderwijsassistent te worden. Collega’s reserveren hen voor ondersteuning. “Dat vermindert de druk, en daar worden ook de leerlingen beter van.”

Eva Vlonk

Directeur Wim Verhaeghe van tso-bso-school OLVC Campus Centrum in Zottegem creëerde met de overblijvende uren GOK en interne pedagogische begeleiding een ‘pool’ met onderwijsassistenten (OA). Hij vroeg enkele leraren om in een stukje van hun opdracht andere collega’s te ondersteunen. Een van die OA is leraar Frans Dorien D’Hoe. En Ilse Van de Walle, leraar natuurwetenschappen, die is vaste klant.

Waarom was er nood aan onderwijsassistenten?

Wim: “De druk op leraren is groot. Iemand die je ondersteunt, op welk vlak dan ook, verlicht de spanning. Met 2 voor een groep staan, of die nu groot of klein is, heeft ook een positief effect op de leerlingen en het klasklimaat. Met 2 klasmanagement doen, maakt je ook zelfzekerder. Voor alle duidelijkheid: de OA is bij ons iemand die naast je staat, geen voetveeg die je kopieën neemt of je verbeterwerk doet.”

Wat voor ondersteuning bieden ze?

Wim: “Hulp op pedagogisch en didactisch vlak, zodat leerlingen optimaal kunnen leren. De leraar die de aanvraag doet, blijft eigenaar van zijn vak. De OA werkt dus niet vakinhoudelijk. Dat kan ook niet, want er zit niet van alle vakgebieden iemand in de pool. Wat doen ze dan wel? Ze zijn bv. coach als een leraar wil differentiëren in een grote klas waarvan een bepaald deel al excelleert en enkel nog aansturing nodig heeft.”

Dorien: “Of omgekeerd, in een groep met leerlingen met een speciale nood, zit ik als OA bij hen zodat zij ook de doelstellingen bereiken. Omdat ik ook studiecoaching doe, heb ik met die leerlingen vaak een sterkere band. Tegelijk leer ik hen zo op een andere manier kennen. Voor bepaalde leerlingen ben ik als OA ook een welkome aanvulling op de ondersteuner uit het ondersteuningsnetwerk.”

Ilse: “Ik schakel een OA in wanneer ik aan een grote groep labo wil geven. 16 leerlingen is het maximum om veilig het overzicht te bewaren. Daarom ontfermt de OA zich over de rest van de groep, die dan in dezelfde ruimte een toets of voorbereidende oefening maakt. Vroeger moest ik die leerlingen naar de studiezaal verwijzen. Deze manier van werken geeft mij én de leerlingen een beter gevoel.”

Eva Vlonk

Hoe werkt het systeem concreet?

Dorien: “Leraren die een ondersteuningsvraag hebben, kunnen via een mail naar de OA-ploeg in Smartschool iemand reserveren. Ze formuleren een concrete verwachting én bereiden de opdracht voor. Wij bekijken wie van ons op het gewenste moment vrij is en/of wie het meest aansluit bij de vraag. Al hebben we die luxe niet altijd, want we geven zelf ook nog les.”

Wim: “Ik koos als OA leraren die al sterk bezig waren met differentiëren. Een mix van wat meer ervaren leraren, de zorgcoördinator, maar ook jongere mensen. Collega’s van algemene vakken en taalleraren. Ik bekijk of we komend schooljaar meer uren in OA kunnen investeren en het team dus meer kunnen inzetten.”

Zijn collega’s fan van de onderwijsassistenten?

Wim: “In het begin vreesden sommigen dat ik via de OA mijn ‘pionnen’ zou sturen om te controleren. Of ze vroegen zich af waarom ik geen klas had gesplitst met die uren. Intussen maken de meeste collega’s er gebruik van en zien ze de meerwaarde van samenwerken. Er zijn zelfs duo’s die elkaar echt gevonden hebben en structureel samenwerken op die manier. Anderen reserveren zelden of nooit een OA. Nog niet klaar om hun klasdeur open te zetten wellicht? Die collega’s blijf ik graag aanmoedigen om toch te durven zeggen: ‘Kom maar kijken’.”

Dorien: “We moeten lawaai blijven maken rond onze service, willen we het aantal aanvragen op peil houden of doen stijgen. Onze succeservaringen delen werkt, merken we. Misschien moeten we ook onze oren meer spitsen in de lerarenkamer, proactief op zoek gaan naar ondersteuningsnoden. Maar dat blijft moeilijk, omdat je niet de indruk wil wekken dat ze het zelf niet kunnen. De truc is onszelf als OA onmisbaar te maken, zonder als een stelletje betweters over te komen. Zoiets heeft tijd nodig.”

Eva Vlonk

Wat kan er nog verbeteren aan jullie werking?

Ilse: “Voor mij zou het een meerwaarde betekenen mocht er ook een wetenschapscollega OA zijn, dan zou ik kunnen inzetten op echte co-teaching, ook al is het uitgangspunt dat een OA vooral ondersteunt qua management. Maar eerlijk gezegd ben ik nog altijd meer fan van een kleinere klasgroep. Zelf heb ik niet meteen ambitie om OA te worden. Ik begrijp wel dat het voor collega’s een manier is om hun talent in te zetten voor anderen en hun vlakke loopbaan te doorbreken.”

Dorien: “De opstart van OA in onze school is pionierswerk voor het onderwijs van de toekomst. Ik ben in elk geval blij dat ik de kans heb gekregen om mee in dat verhaal te stappen, en wil er graag verder in groeien. Met het hele OA-team hopen we het project uit te bouwen tot een vaste waarde binnen het OLVC.”

Dit artikel kwam tot stand in een samenwerking tussen Veranderwijs en Klasse. Klasse is een multimediaal magazine over en voor onderwijs. 

Type locatie:

Comments

Je moet ingelogd zijn om te kunnen reageren