Growth mindset: “Ik kan het nog niet, is ons mantra”

Hoe krijg je growth mindset van abstract idee naar concrete acties in de klas? En hoe gids je dat denkpatroon tot in de hoofden van alle leerlingen en ouders? In 5 stappen verovert de groei-gedachte VBS De Wante in Schorisse. Met waardevolle wagonnetjes als breinkennis, fouten maken mag en feedback. 

Eva Vlonk

Directeur Marie Van Driessche: “Een aantal jaar geleden kreeg ik het boek ‘Mindset, de weg naar een succesvol leven’ van Carol Dweck, professor psychologie aan de Amerikaanse Stanford Universiteit, in handen. Het was een echte eyeopener die me – toen nog als leraar - anders deed kijken naar mezelf, mijn 4 kinderen, mijn leerlingen en mijn collega’s.”

“Dweck stelt dat je mindset mee bepaalt hoe je leert. Mensen met een groeimindset hebben de overtuiging dat je binnen bepaalde grenzen alle capaciteiten kan ontwikkelen. Iemand met een fixed mindset gaat ervan uit dat mensen geboren zijn met bepaalde capaciteiten en dat je daar maar weinig aan kan veranderen.”

“Toen ik niet veel later als directeur startte, bouwde ik samen met expert Ilse Vande Walle een schoolvisie uit rond groeigerichtheid. We vertrokken vanuit Dwecks basisprincipes en hingen er door onderzoek onderbouwde wagonnetjes als feedback en breinkennis aan vast om de effectiviteit te vergroten. Toen ik in een vroege fase de denkoefening aftoetste bij mijn leraren, reageerden ze enthousiast. Ze zagen geen vage theorie maar concrete kansen tot in de klas. Omdat je een vernieuwing niet uitbouwt op 1 dag, gaan we stap voor stap door 5 modules. Centraal daarin staat dat leraren, ouders en leerlingen allemaal geloven in groeikracht.”

Neuzen in dezelfde richting

“Alles startte bij module 1 ‘Kennis over mindset’. Onze leraren werden in een training meegenomen: wat is een growth mindset en wat is een fixed mindset? Hoe herken je ze? Welke gevolgen hebben beide mindsets voor een leerproces? De ouders nodigden we uit op een infoavond. Hun ondersteuning thuis is cruciaal.” 

“Een leerkuil overwinnen is soms ploeteren. Kent een kleuter de basiskleuren nog niet, dan vragen we ouders om niet te berusten, maar ook niet boos of zenuwachtig te worden. Het komt wel goed met extra oefentijd of ondersteuning op school. Thuis kunnen ouders de kleuren af en toe benoemen in hun dagelijkse routine.”

“Als ik nieuwe ouders een rondleiding geef op school, breng ik onze aanpak meteen ter sprake. Ze kunnen er trouwens niet naast kijken, de muren hangen vol posters en andere visuals die ernaar verwijzen. Ook nieuwe collega’s en stagiairs krijgen meteen een ‘groeibad’ bij ons. Zo spreekt iedereen dezelfde taal. Groeitaal dus.”

Eva Vlonk

Baantjes vormen in je hersenen

“In de tweede module ‘Mijn hersenen kunnen groeien’ gingen we ook met kinderen aan de slag. Ze leren erin hoe hun hersenen werken met concrete voorbeelden. Als ze de letter ‘s’ leren is het s-baantje in hun hersenen eerst nog heel dun, maar door te oefenen wordt het steeds dikker en sterker. Het motiveert hen en ze accepteren dat leren inspanningen eist. Kinderen met dyslexie leren dat hun hersenen een omweg maken en dat het wat moeilijker is om die letter te leren, maar met extra oefenen en de juiste hulpmiddelen komen ze er ook. Mooi hoe ze van frustratie naar motivatie gaan.”

“We koppelen er ook ons gezondheidsbeleid aan vast. We zoeken uit wat je hersenen nodig hebben om goed te functioneren. Gezonde voeding onder andere. Een ideale aanleiding om het fruitmoment te houden. En we leggen ook de link met executieve functies. Dat zijn breinprocessen die nodig zijn om activiteiten te plannen en te sturen. Ze zorgen ervoor dat je met een opdracht start en die binnen de tijd afmaakt. Maar ook dat je aandachtig blijft en je emoties beheerst. Opnieuw moeten kinderen leren dat die dingen niet vanzelf gaan, dat groeien zweet kost. En dat het met onze begeleiding zal lukken. We werkten daarrond een hele leerlijn uit.”

Interessante fouten

“‘Van fouten leer je’ is de titel van module 3. Op school mag je fouten maken. Dat moet zelfs, want ze zijn altijd interessant. We verbloemen ze niet, we gaan ermee aan de slag en leren eruit. Dat geldt voor leerlingen, maar ook voor collega’s en mezelf. Groeikansen vind je bij iedereen. ‘Je kan het nog niet’, is ons mantra. Zelfs kleuters weten dat. Onlangs liep ik op de speelplaats toen een kleuter me aansprak. ‘Juf Marie, kan jij mijn veter binden? Ik kan dat niet.’ Zijn klasgenootje zei meteen ‘Jij kan dat nog niet, juf Marie kan het je leren’.”

“Hoge verwachtingen van jezelf en van anderen én de hoop dat het met oefenen wél lukt, dat alles doet je groeien. Ondanks of nét dankzij fouten. Pas op, we zijn niet naïef, iedereen heeft krijtlijnen waarmee je het moet doen. Maar op school willen we een omgeving creëren waarin een kind optimaal kan groeien binnen die grenzen.”

“Deze aanpak werkt, dat voelen wij als team en dat krijgen we ook als feedback van ouders. We kijken soms met verwondering hoe ver onze leerlingen komen. Je moet als leraar altijd de hoop behouden. Want als jij die verliest, is het gedaan. Spreek je in de lerarenkamer vooral negatief over een leerling, dan leg je onbewust de verwachtingen van een team lager. Daarna gelooft een kind ook niet meer in zichzelf en stopt het met leren. We geven een kind dat lage cijfers haalt of moeilijk aansluiting vindt met de klasgroep nooit op. Samen zoeken we altijd naar de gepaste ondersteuning.”

Eva Vlonk

Leren uit feedback

“We hebben vervolgens heel sterk ingezet op het geven van doelgerichte en groeigerichte feedback in module 4. Feedback is een interventie met een sterk leereffect. Onze leraren krijgen training en intervisie om feedback (waar sta ik?), feed up (waar ga ik naar toe?) en feedforward (hoe kom ik daar?) krachtig in te zetten.“

“Feedback krijgt in onze school geen strikjes. Wat niet goed loopt, benoemen we eerlijk. Maar meteen daarna volgen feed up en feedforward, zodat een leerling weet wat het doel is en welke stappen hij moet zetten om er te geraken. Onze rapportcommentaren passen daar perfect in en gaan veel verder dan ‘Goed gedaan’. Ik lees ze allemaal na en ben dan ontzettend trots op mijn team. Hun heldere adviezen, daar hebben leerlingen écht iets aan. We volgen ook op wat leerlingen ermee doen. Gaan ze ermee aan de slag of blokkeren ze net? Hoe komt dat? Zo leren we hen steeds beter kennen en ontdekken we waar ze precies op vastlopen.”

Dinobrein, emotiebrein, mensenbrein

“Op de personeelsvergadering van september introduceerde ik module 5 over uitdagingen via de begrippen paniek-, groei- en comfortland. Ze helpen leraren om te zien waar een leerling verblijft. Ook hier linken we naar de hersenen. Domineert het primitieve dinobrein dan zitten leerlingen in paniekland. Ze blijven hangen in de fight-flight-freeze-modus, vertonen uitstelgedrag en weigeren uitdagingen omdat ze denken dat ze het toch niet kunnen.” 

“In comfortland liggen de leerlingen in hun hangmat, alles gaat goed en is onder controle, maar ze leren eigenlijk niets bij. De lat ligt te laag, ze nemen ook hier geen uitdagingen aan. Denk maar aan hoogbegaafde kinderen die op hun honger blijven zitten. Wij willen de leerlingen in groeiland krijgen, waar ze stap voor stap nieuwe dingen leren. Met de fouten die erbij horen.”

Borgen en verder bouwen

“Of deze aanpak extra werk vraagt? Het is zwoegen, zeker en vast. Maar extra? Je zet een andere bril op waardoor je lesgeeft met meer effect. Bovendien is het teamwerk, je staat er niet alleen voor.”

“Wie werkt met een growth mindset weet: je aanpak is nooit af. De maatschappij verandert en ieder kind, ouder of leraar vraagt andere begeleiding. Daarom borgen we wat goed loopt en blijven we leren van elkaar. Dat lukt alleen met een gouden ploeg, mijn leraren zijn leergierig en altijd bereid om hun klaspraktijk kritisch te bevragen. Alleen zo blijven ook wij groeien.”

Eva Vlonk

Dit artikel kwam tot stand in een samenwerking tussen Veranderwijs en Klasse. Klasse is een multimediaal magazine over en voor onderwijs.

Type locatie:

Comments

Je moet ingelogd zijn om te kunnen reageren